HOME
Grünbauer BV
™  Sterk in staal!  ®
Terug naar de    
vorige pagina

Eerste loods van Grünbauer in Diemen was niet groter dan "een luciferdoosje op een tafellaken"

Groter groeien:

Het is opmerkelijk te zien hoe fors sommige bedrijven in de tijd van een paar generaties kunnen groeien. Het Diemense bedrijf Grünbauer is een mooi voorbeeld. Overgrootvader Grünbauer, die ruim honderd jaar geleden vanuit het Duitse plaatsje Katzwang bij Neurenberg naar Nederland kwam, zou er nu verbaasd van opkijken.

Auteurs: Henk Teiwes en Wim de Valk. Eerder verschenen in: Verenigingsblad van de Historische Kring Diemen, Jaargang 6, 2-1996. Er is een printversie van deze tekst (MS-Word) beschikbaar. Klik hier om deze te downloaden.


Rotterdam


Ir Johann Grünbauer vertelt daarover:

"Grünbauer betekent letterlijk groene boer. Het was een verzamelnaam voor veeboeren. Maar dat wil niet zeggen dat mijn voorvader ook in het boerenbedrijf zat. Hij was scheepstimmerman en zal zijn werk indertijd wel in de buurt van de Rijn hebben gevonden. In Beieren heerste destijds veel armoede en hij was naar Nederland gekomen om hier zijn geluk te beproeven. Hij trok naar Rotterdam, dat toentertijd aan het begin van een enorme ontwikkeling stond."

De katholieke Grünbauer vond daar ook zijn protestantse vrouw. De aankondiging van zijn huwelijk viel bij de Duitse familie niet in goede aarde. Ze dachten dat een havenstad als Rotterdam een verdorven plek moest zijn. Alle vrouwen daar waren vast en zeker hoeren. Kort en goed, de familie brak volledig met hem. De oude Grünbauer zat daar kennelijk niet mee. Hij was trouwens - waarschijnlijk in verband met zijn huwelijk - al van het katholieke op het protestantse geloof overgegaan.

"Een zoon van hem - dat is dus mijn opa - is van Rotterdam naar Amsterdam getrokken. De aanleiding was droevig. Op jonge leeftijd was zijn vader gestorven. Toen de halfwees zijn baan bij een Rotterdamse chocoladefabriek verloor, bleek het moeilijk een nieuwe werkkring te vinden. Een diaken van de kerk schoot te hulp en vertelde hem dat hij wel een baan voor hem in Amsterdam wist. Daar ging hij natuurlijk op in. Overigens staat opa in de familiekring bekend als een man van twaalf ambachten en dertien ongelukken."


Uithangborden


Kees Grünbauer - de oprichter van het bedrijf - in 1925 aan het werk voor zijn loods aan de Weesperzijde 58 te Amsterdam

Johann Grünbauer vertelt verder:

"Mijn vader - zijn voornaam is Kees - heeft het er beter van afgebracht dan mijn opa. Hij is de grondlegger van het huidige bedrijf. Als jongen van 20 jaar is hij begonnen in de Derde Hugo de Grootstraat 2a in Amsterdam. Daar had hij een sousterrain gehuurd en op de binnenplaats kon zijn handkar staan. Vader is nu 85, zodat de zaak al zo'n 65 jaar bestaat."
"Mijn vader startte als smid vooral met het maken van uithangborden, ook wel lichtbakken genoemd. Het ging om een simpel metalen raamwerk rond twee glazen platen. Tussen die platen werd onder meer een plaat chromokarton geschoven waarop de door de klant gewenste reclametekst werd geschreven. Dat deed mijn vader ook zelf. Het bijzondere bij die uithangborden was, dat de klant iedere maand een nieuwe tekst kon bestellen. Toen echter een kapper een dameshoofd geschilderd wilde hebben, werd het mijn vader te ingewikkeld. Dat kon hij niet. Sindsdien is hij geleidelijk met de uithangborden gestopt. Hij ging zich meer toeleggen op werk aan haarden en kachels. Later verplaatste hij het bedrijf naar een loodsje aan de Weesperzijde 58. Dat bleek ook niet alles, want de smederij, die geleidelijk een constructiewerkplaats was geworden, maakte nogal wat lawaai, wat de buurt niet zo leuk vond."

Zodra na de oorlog de perspectieven beter werden, kreeg vader Grünbauer via Cees Oostenrijk en makelaar Janus in 1949 de kans om ongeveer drie hectare grond van boer Jacob Vedder - de vader van Cor Vedder - in Diemen te kopen. Pal naast een nieuwe vuilstort, die na de Tweede Wereldoorlog in gebruik was genomen. De oude vuilnisbelt lag aan de Weesperstraat, in de volksmond ook wel het Weesperzandpad genoemd, rechts van waar nu Papierrecycling Van der Elst is gevestigd.

"Langs de nieuwe vuilnisbelt - waar wij dus direct naast kwamen te zitten - liep toen slechts een sloot en een karrespoor. Een straatnaam was er niet: pas later kwam de benaming Visseringweg. Op luchtfoto's kun je nu nog de vroegere vuilnisbelt naast ons traceren. De Staalharderij Neve staat op de stort, dat is wel duidelijk."


Grensstraat


Voor het transport van een onderdeel van een kraan naar de NDSM schakelde de firma Grünbauer in 1964 het transportbedrijf Saan in. Een agent regelde het verkeer op de kruising Weesperstraat/Ouderkerkerlaan

Het gezin Grünbauer is in 1949 niet onmiddellijk met het bedrijf meeverhuisd naar Diemen. De familie die in de Amsterdamse Grensstraat op nummer 6 woonde, is nog een tijd daar gebleven. Voor liefhebbers van geschiedenis is het interessant te weten dat de Grensstraat (die rechts van het Volkskrant-gebouw aan de Wibautstraat naar de Amstel loopt) tot honderd jaar geleden een echte grens is geweest. In het boek met de titel "Straten schrijven historie" van Jos F. Steussy staat daarover het volgende: "Vóórdat Amsterdam in 1896 een gedeelte van de gemeente Nieuwer Amstel annexeerde, lag de Grensstraat werkelijk op de grens der beide gemeenten, hoewel nog op het grondgebied van Nieuwer Amstel.

In zijn Amsterdamse tijd ging de kleine Johann - die in 1946 werd geboren - nog wel eens op de autoped naar Diemen om de onderneming van zijn vader te verkennen. Nu is onderneming een wat groot woord. Aanvankelijk stond er niet meer dan een loodsje op de drie hectare. Johann Grünbauer:

"Iedereen zei tegen mijn vader: "Je lijkt wel gek met zoveel land. Die werkplaats van je is bij wijze van spreken niet meer dan een lucifersdoosje op een tafellaken." Mijn vader heeft later een stuk van zijn overtollige grond verkocht, maar kreeg daar spijt van toen hij merkte dat hij geen achteruitgang naar een weg meer had."

Vader is toen met de gemeente gaan praten over een extra uitgang achterom, maar dat kon alleen als er een vreselijk hoog bedrag voor de benodigde grond zou worden betaald. Dan moet je eerder aan duizenden dan aan honderden guldens per vierkante meter denken. In vakkringen noemen ze zo'n lap grond waarvan een gemeente weet dat je het hard nodig hebt een "plaagstrook". Die transactie is niet doorgegaan. Gelukkig kon de onderneming later weer een stuk van de eerder verkochte grond terugkopen, zodat het bedrijf toch aan twee kanten toegankelijk is. Dat is onontbeerlijk wanneer je met het vervoer van soms zeer lange en bijzonder zware producten zit.

Over de vuilnisbelt ernaast maakten de Grünbauers zich toen niet druk. Er liepen dikwijls knorrende varkens rond om nog wat lekkers te vinden en schooljongens - Johann incluis - zaten er met stokken in te peuren:

Soms vonden we nog wat leuks. We speelden ook cowboytje; we maakten lasso's die we om de nek van een varken probeerden te gooien. Als dat lukte werd je soms door zo'n varken een eind over de vuilnisbelt meegesleept, want die beesten waren knap sterk. De boeren waren niet zo enthousiast over ons spelletje. Ze kwamen op je af, maar dan legde je gauw een plank over een slootje en dan was je zo weg."


De Sniep


Toen Kees Grünbauer voldoende gewend was in Diemen, kocht hij enkele honderden meters van hem vandaan op de Sniep een stuk grond plus wat oude opstallen van de extractiefabriek Holland. Het gaat om de plek die links van de huidige meubelzaak Baalberg ligt.

"Omdat de gekochte lap grond ook daar wel erg groot was, werd een deel verhuurd aan het Amsterdamse autobednjf Van Dongen, dat aan de Amsterdamse Weesperzijde zat. Daar kende mijn vader hem van, want hij had immers ook aan de Weesperzijde zijn werkplaats gehad. De Amsterdamse politie stalde in beslag genomen auto's toen bij Van Dongen. Het werden er echter zo veel dat hij naar extra parkeerterrein uitzag. Van Dongen kon aardig rossen met de auto's die hij voor de politie na een aanrijding moest wegslepen. Het maakte dan immers toch niet zo veel uit of er nog een deuk bijkwam. Ik mocht wel eens helpen door chauffeur te zijn in de auto die moest worden weggesleept. We knalden wel eens ergens tegenaan als we de bocht te krap namen."

De inscheping van de NDSM-kraan aan de loswal van de Prins Hendrikkade. Aan de overzijde van de Weespertrekvaart zien we de Hartveldseweg met van links naar rechts de schuilkerk "De Hoop", het klooster en het zogenaame Witte Blok

"Voordat Van Dongen de in beslag genomen wagens naar Diemen kon slepen, verzon mijn vader nog een mooie oplossing om het parkeerterrein gemakkelijk op te komen. De meubelboulevard bestond toen immers niet en de ventweg ervoor evenmin. Daar liep nog gewoon de Muidertrekvaart. Mijn vader kreeg van de gemeente geen toestemming om voor zijn terrein een brug over de vaart te bouwen. Daarom kocht hij een pont die ongeveer net zo lang was als de breedte van het kanaal. Aan weerszijden van de pont hoefde hij slechts de kleppen te laten zakken en er was een prachtige verbinding met de oude keienweg naar 't Gooi of Amsterdam."
"Na beëindiging van het huurcontract met Van Dongen en nadat het kanaal ter plaatse was gedempt, besloten mijn ouders op de Sniep te gaan wonen en daar een huis te bouwen. De gemeente zag dat in eerste instantie niet zitten want het ging om een bedrijfsterrein en Grünbauer werkte daar helemaal niet. Dus mocht er ook geen bedrijfswoning komen te staan. Daar was snel een mouw aan te passen. Mijn vader verplaatste gewoon een deel van de werkzaamheden van de Venserweg naar een van oude loodsen op de Sniep."

Het huis werd gebouwd en het gezin verliet halverwege de jaren zeventig de Amsterdamse Grensstraat. Na enkele jaren werd het achterste gedeelte van het terrein verkocht aan de firma Buffing (dranken). De rest van het terrein en het woonhuis werden later verkocht aan de auto-exporthandel Van Gilst, nadat mevrouw Grünbauer was overleden en de oude heer Grünbauer in een van de pas gebouwde aanleunwoningen op Berkenstede (bij de Diemerbrug) was gaan wonen. Intussen is hij naar Zeist verhuisd.

De verkoop van de laatste lap grond is niet zo'n voordelige transactie geweest want in verband met de intussen bestaande milieuregels moest Grünbauer opdraaien voor het schoonmaken van de grond, waarop in de loop van vele jaren verscheidene bedrijven vuil hadden gedumpt. Zoals een scheepswerf, een extractiefabriek voor cacaobonen en voor benen en botten van dieren. Voorts lag er een flinke laag sintels. Die milieuschade drukte de verkoopprijs met ƒ 1 miljoen. Daar word je niet vrolijk van.


Stekker


Johann Grünbauer woont niet meer in Diemen. Na vijf jaar in Diemen-Zuid aan de Venusschelp te hebben gewoond, is hij met zijn gezin (vrouw, twee jongens, een meisje) naar Wilnis getrokken. Daar woont hij nu zes jaar en hij is er behoorlijk ingeburgerd. Hij maakt zich in het schoolbestuur, maar ook daarbuiten, sterk voor het behoud van kwalitatief hoogstaand christelijk onderwijs. Binnen zijn bedrijfstak heeft hij zich intensief verdiept in kwalijke aspecten van normalisering: het ontwikkelen van bijvoorbeeld maatsystemen, technische regels en allerlei benamingen, zodat iedereen precies kan weten wat met een bepaalde term wordt bedoeld. Het Nederlands Normalisatie Instituut houdt zich daarmee bezig.

"Op zich is normalisatie een terecht en zinnig streven. Mijn bezwaar is echter dat volstrekt ingeburgerde begrippen vaak worden vervangen door woorden die alleen maar tot verwarring kunnen leiden. Zo verdwaal je in het woud van de "Nieuwspraak", waarover George Orwell het had in zijn boek "1984"".

In de vakpers schreef Grünbauer erover en onlangs nog in NRC-Handelsblad. Hij geeft een voorbeeld dat ook een leek kan begrijpen. In het handboek "Veiligheidsbepalingen voor laagspanningsinstallaties" wordt gesproken over een "contactstop". Dat is "het stroomontvangend deel van een stopcontact, bestemd voor bevestiging aan een buigzame leiding of deel uitmakend van een toestel." Een leek heeft altijd het woord "stekker" gebruikt. Gewoon de stekker die je in een stopcontact steekt. Grünbauer:

"Laten we alsjeblieft zo veel mogelijk gewoon blijven doen."

Hij staat op en gaat zelf voor zijn bezoekers nog een kop koffie uit de automaat halen.

©     Tel (+31) (0)20 6990300  e-mail info@grunbauer.nl TOP